Francis' kattemaatje Gustav wordt verliefd. Zijn nieuwe vriendin neemt haar intrek in het vrijgezellenhuishouden en het harmonieuze
leventje wordt wreed verstoord. Rustig in de zon liggen is er voor Francis niet meer bij, want Francesca heeft het op zijn 'noten' gemunt.
Hoewel hij niet precies weet wat ze daarmee bedoelt lijkt het hem beter te vertrekken. Ver komt hij echter niet. Een paar straten verderop wordt hij door een vloedgolf gegrepen en in de stadsriolen gesmeten. Daar, in die donkere gangen onder de stad drijft het koploze kadaver van een kat op hem af. Al snel wordt hem duidelijk: het kattenvolk wordt geterroriseerd door moordzuchtige beesten. Francis beseft wat hem te doen staat. Als er iemand in staat is aan die gruwelen een einde te maken dat is het wel de scherpzinnige kattedetective. Het nieuwe avontuur voert hem ver weg van huis. Hij belandt uiteindelijk op het lieflijke platteland en in de pootjes van een verleidelijke poes. Maar dan eisen de wreedheid der dieren en de verblinding der mensen hun gruwelijke tol...